Ik zit samen met Theo bij Stewart in zijn huurauto. We bevinden ons nog op het parkeerterrein van het restaurant waar we net uitgebreid hebben geluncht en bijgepraat nadat Theo vanochtend uit het ziekenhuis is ontslagen. Nog steeds kan ik bijna niet geloven wat er de afgelopen dagen allemaal is gebeurd. Als ik naar Theo kijk, voel ik zowel opluchting als spijt. Ik wist al dat de korte affaire die ik jaren geleden met Jim – een Amerikaanse advocaat die ik via mijn werk voor Unicef
leerde kennen – heb gehad een vreselijke fout was, maar ik had nooit kunnen vermoeden wat het allemaal zou aanrichten. Theo’s woede aan het begin van onze vakantie toen ik de affaire alsnog opbiechtte, vind ik meer dan terecht. Dat hij erna verdween om Jim in een bar te ontmoeten en die nacht
getuige was van een confrontatie tussen Jim en zijn schoonvader Andrew die compleet uit de hand liep en uitmondde in Jims dood, vind ik hartverscheurend. Alsof dat nog niet traumatisch genoeg was, werd Theo vervolgens een aantal dagen door Andrew vastgehouden. Zonder de opsporingsskills van privédetective Stewart McBrady had ik mijn man misschien nooit meer gezien. Die vreselijke gedachte probeer ik weer weg te duwen. We hebben allemaal een hoop te verwerken, maar gelukkig zitten wij nu hier, met elkaar. Ondertussen staat Jims weduwe Frances op de speaker. Ze heeft ons net de afscheidsbrief van Jims voormalige secretarieel medewerker en goede vriendin Lucy voorgelezen, waarin ze aan Jim uitlegt waarom zelfmoord haar enige optie was. Frances heeft die brief uit jaloezie en wantrouwen – in dit geval wél onterecht, bedenk ik beschaamd – zeven jaar lang verborgen gehouden voor Jim en nu is het te laat: Jim zal hem niet meer kunnen lezen. Eén passage uit de brief, waarin Lucy vertelt dat ze niet kan leven met het verdriet na haar abortus, heeft ons alle drie op scherp gezet.
‘Kun je me een foto van die brief appen op dit nummer?’ vraagt Stewart met zijn typische kalme stem. ‘Ja, natuurlijk, je krijgt hem direct,’ zegt Frances toe.
Al snel klinkt een pingelgeluid van een binnenkomend bericht door de auto. Stewart bekijkt de foto en laat hem ook aan mij en Theo zien. We knikken allebei instemmend, want we weten precies wat Stewart denkt.